Vence juli 2008

 

 

DE GROTE ILLUSIE

 

Het verschil tussen een goochelaar en een illusionist is dat een goochelaar met behulp van zijn vingervlugheid allerlei trucs laat zien terwijl de illusionist via kunstig bedachte machinerieën mensen laat verdwijnen of in de lucht laat zweven, weesmeisjes doorzaagt en zijn eigen lichaam geheel met zwaarden laat doorsteken.

Kortom, hij laat een wereld vol magie ontstaan omdat de wonderen die hij verricht zo grootschalig zijn dat ze niet met enige vingervlugheid zijn te verklaren.

Ik had besloten voor de televisie een voorstelling samen te stellen met het beste dat er op dat moment op het gebied van de illusie was te vinden en ik was daarvoor samen met mijn vriendin Cecile afgereisd naar Parijs.

In het theater l’Olympia vond het Festival van de Magie plaats waaraan een aantal heel interessante artiesten deelnam.

We kwamen nogal laat de zaal binnen en terwijl we naar onze plaats liepen realiseerde ik me dat ik vergeten had een programma te kopen. Ik vroeg Cecile even in het gangpad te wachten terwijl ik me weer naar achteren spoedde. Op dat moment ging het zaallicht uit. Nu wist ik dat Cecile nogal bangig was uitgevallen dus rende ik weer terug om haar eerste naar onze plaats te brengen. Ik pakte haar elleboog maar in het donker had ik me in de persoon vergist zodat een wildvreemde vrouw me in het Frans iets toebeet in de trant van: “Ga weg, engerd!”.

Terwijl mijn ogen langzaam aan het donker begonnen te wennen vond ik mijn Cecile terug en greep haar geruststellend vast. Maar ineens zag ik haar ogen zich opensperren terwijl ze verstijfd van schrik over mijn rechterschouder keek. Ik keek om en zag een rij monniken met de kap over het hoofd getrokken, terwijl vanuit die donkere holte een doodshoofd met zwarte gaten ons aanstaarde.

“Wees maar niet bang,”riep ik met overslaande stem, “Dat is toch allemaal maar show, dat hoort bij het programma!”

“Ja hoor,”  viel de voorste monnik me bij in vlekkeloos Nederlands.”We zijn gewoon maar dansers.”

“Zie je wel! “riep ik weer op mijn beurt, “Meneer zegt ‘t ook  en die kan het weten.”

Ik was op dat moment geheel niet verwonderd dat de hele conversatie in het Nederlands werd gevoerd en Cecile was te verbijsterd om daarop te letten. De danser was Arthur Plasschaert die de choreografie deed voor het programma en die daarna ook voor mij enkele prachtige balletten heeft gemaakt.

In die voorstelling zag ik voor het eerst Geoffrey Crozier, een illusionist uit Australië.

Zijn act begon met een stel pop-muzikanten die snelle rock muziek speelden. Hij kwam dan op als lead-zanger, gewikkeld in een grote cape, terwijl er overal ontploffingen plaatsvonden. Hij vuurde dan een stel obsceen-erotische teksten op het publiek af dat daar niets van begreep omdat hij in het Engels zong zodat de reactie matig bleef. Daarna bracht hij een jonge vrouw op die hij met heftige gebaren hypnotiseerde terwijl hij haar lijf aftastte met twee vlammende fakkels. Vervolgens liet hij haar plaatsnemen in een soort martelstoel waarna hij haar hoofd in een aan de hoofdsteun aangebrachte kist klemde.

Die stak hij in brand zodat het publiek tot zijn ontzetting het hoofd langzaam zag verkolen en veranderen in een skelet. Het leek meer op een heksen sabbat dan op een variéténummer.

Ook hem nodigde ik uit om in Nederland voor de tv te komen optreden.

Terwijl de voorbereidingstijd voor de opname verstreek bereikten ons de meest verontrustende berichten uit Parijs over de moeilijkheden die Geoffrey daar had veroorzaakt en eigenlijk rekenden we niet meer op zijn komst. Toch stond hij op de afgesproken dag voor onze neus, alleen, met als enige bagage een grote doos waarin een verkleumde mottige kalkoen.

Hij was zich steeds meer gaan ergeren aan het gebrek aan reactie op zijn teksten van het Parijse publiek en was zich steeds  provocerender en diabolischer gaan gedragen.

Op een avond had hij het meisje zo met de fakkels toegetakeld dat ze echt vlam had gevat en schreeuwend genoegdoening had geëist. In de stoel wilde ze helemaal niet meer en hij had zijn act moeten aanpassen.

De volgende avond raakte hij zo gefrustreerd door het uitblijven van reactie van het publiek dat hij de gitaren van de muzikanten had afgerukt en tot puin geslagen. Toen had hij ook geen “band” meer.

Het meisje was teruggekomen om wraak te nemen en was met een van Geoffrey’s vuurballen in de nok van het theater geklommen om die tijdens de act op zijn hoofd te laten vallen. Gelukkig voor het nietsvermoedend publiek ontdekten de toneelknechten wat ze in dat stokoude, brandgevaarlijke gebouw van plan was zodat ze net op tijd onschadelijk kon worden gemaakt.

Geoffrey werd per onmiddellijk ontslag aangezegd en hij presteerde het om nog één keer op te komen, gewikkeld in zijn grote cape waaronder hij – toen hij ‘m opengooide – geheel naakt bleek te zijn.

Geheel verbitterd had hij besloten om terug te keren naar zijn geboorteland, Australië en was naar Nederland gekomen om het geld voor de overtocht te verdienen.

U heeft wel eens een goochelaar een duif uit een hoge hoed zien toveren. Geoffrey had voor ons daarvan een duivelse versie in petto.

Toen hij opkwam in een pandemonium van ontploffingen was het of er ondanks al het vuur een koude wind door de zaal joeg. Hij maakte groteske gebaren met zijn grote cape die flakkerende schaduwen veroorzaakte. En dan opeens, vanuit het niets, verscheen die enorme vogel waarvan hij de beide vleugels spreidde tot een wijdte van minstens twee meter om ze daarna met schokkerige gebaren heen en weer te doen bewegen. Het stroboscopisch licht daarop verlichtte het hele toneel in elkaar razendsnel opeenvolgende lichtflitsen zodat het leek dat hij zelf ook opsteeg, naar Australië of naar een echte heksen sabbat waar men slecht heen kan vliegen gezeten op een bezem of op een kalkoen.

Het beest heeft nog vele gelukkige nadagen gehad in de tuin van mijn vriend de schrijver Chiem van Houweninge die zich zijn lot had aangetrokken.

Elke keer als ik daar kwam om met Chiem over andere programma’s te praten en ik zag dat beest daar rondscharrelen, las ik in zijn ogen de melancholie, de schaamte, dat-ie niet echt had durven wegvliegen.Toen..

Geoffrey was er klaar voor geweest.